Na lang twijfelen besloten we toch om deze zomer nog eens een goede ouderwetse wandelvakantie te doen. Daarvoor hadden we ook al ons hoofd gebroken over onze mogelijke bestemming. Uiteindelijk kwamen we uit bij de GR 21, wat deel uitmaakt van de lange Franse kustroute en meer bepaald de Littoral de la Normandie.
De Albasten Kust
De Albasten kust of de Côte d’Albatre is een kuststrook die tussen Le Havre en Le Tréport ligt. Deze streek is bekend voor zijn hoge krijtrotsen. Deze brokkelen af in de zee. De kalk lost daarbij op in het water. Dit verklaart de albasten kleur. De kust ligt in de Seine-Maritime, een onderdeel van Haute-Normandië (hoewel Normandië nu officieel eengemaakt is).
De kei- of vuursteen die in de rotsen zitten, brokkelen dus af. Vaak komen ze op het strand terecht. Het water zorgt ervoor dat ze uiteindelijk een ronde vorm krijgen. Deze kiezels staan lokaal gekend als les galets. Vroeger was er hier een industrie rond gebouwd, maar vandaag de dag is het voor de toeristen verboden om stenen mee te nemen.
Daarnaast zijn ook de valleuses een bekend gegeven. Het zijn inzinkingen in het land of valleien die uitgeven op de zee, zogenaamde kustvalleien dus. Je hebt drie verschillende vormen:
- les valleuses vives: natuurlijke depressies (Fécamp, Yport, Étretat …)
- les valleuses mortes: door mensen aangelegde depressies in het landschap, vaak vanuit de noodzaak om de kust te bereiken
- les valleuses perchées: eenvoudige inzinkingen van het land maar zonder of niet langer toegang tot de kust.

De kustlijn is een goede 130 kilometer lang en begint in Le Havre en eindigt in Le Tréport-sur-Mer. Historisch gezien waren de dorpjes en stadjes langs de kust vooral vissershavens. Maar de aanleg van een spoorlijn zorgde voor een link met Parijs en andere steden en het kusttoerisme transformeerde de vele stadjes. Zo werd het een plek waar kunstenaars graag naar toe trokken. Het landschap inspireerde hen.
GR 21
De GR21 is een lange afstandsroute van 187 km tussen Le Havre en Le Tréport. Het is een kustroute, maar het grootste deel van de wandeling is toch enige afstand van de kust verwijderd. Dat wil niet zeggen dat de zee geen vaste genoot is. De dorpjes en stadjes die door de GR worden doorkruist liggen vaak aan zee. Het maakt dat er vaak geklommen en gedaald moet worden, maar de moeilijkheidsgraad valt voor een ervaren wandelaar zeer goed mee.
Wij wandelden evenwel niet de hele GR en dit om twee praktische redenen. Ten eerste is de eerste etappe anders een goede 30 km. Het was lang geleden dat we nog met volle rugzak hadden gewandeld en tijdens de laatste maanden was onze voorbereiding niet van dien aard dat we dat meteen zagen zitten. Daarom namen we de trein naar een plekje verderop om onze wandeling te beginnen. Ook eindigden we, omwille van de terugkeer naar het werk, een goede 34 kilometer vroeger. Maar aangezien we elke dag wel meer kilometers maalden dan gepland, hebben we die 187 km zeker gehaald.
Pingback: Proloog: Brussel – Le Havre | From the sea to the land beyond