GR5A.4 Geraardsbergen – Flobecq (26,8 km)

Ons land kent heel wat GR’s. En blijkbaar kunnen we zelfs claimen de langste luswandeling van Europa op ons grondgebied te hebben. De GR5 A (de link met de GR5 is mij een raadsel) is ook gekend als de wandelronde van Vlaanderen en wandelt de grens van Oost- en West-Vlaanderen af, goed voor 582 km wandelplezier. Tijdens het Allerheiligenweekend zetten we ons aan de inmiddels 4de etappe, dwars door de Vlaamse Ardennen.

De laatste Dender en Vlaamsche dorpjes

Bij het verlaten van Geraardsbergen gaat het nog even langs de Dender, die al vanaf de eerste etappe af en toe opdook op de route. Aan de overkant van de rivier liggen enkele grotere industriële gebouwen. Het doet ons op een vreemdsoortige manier denken aan onze eerste wandeldag op een langeafstandswandeling ooit, in Newcastle langs de Tyne. Hetgeen wat kort daarna volgt is wel ietsje minder spectaculair dan de weiden en velden van Northumberland.

Het pad langs de Dender wordt verlaten en als snel wordt het centrum van Overboelare, een deelgemeente van Geraardsbergen bereikt. Los van het kerkje is het niet al te opzienbarend. Bij het verlaten ervan gaat het vooral langs en door de velden, met een beetje geluk langs veldwegen of onverharde paden, maar ook vaak net ietsje te veel op asfalt. Dat wandelt natuurlijk net ietsje minder aangenaam.Even later arriveren we in het al even exotische Zarlardinge, een al even typisch Vlaamse dorpje met kerkje in het midden. Een ideale plek om te lunchen.

De Vlaamse Ardennen en bossen

Het tweede deel van de wandeling is wel veel aangenamer. Het gaat door het al veel heuvelachtigere Brakel, waardoor de echte passage door de Vlaamse Ardennen begint. Het asfalt wordt ook ingeruild voor velden en vooral voor bospaden, want het ene bos volgt het andere op. Het begint met een korte passage door het Hayesbos, gelegen op de zogenaamde getuigenheuvels in de Vlaamse Ardennen. Dit zijn overblijfselen van zandbanken die hier al enkele miljoenen geleden waren, toen de zee begon langzaam terugtrok.

De bossen daarna zijn ietsje groter en de passages worden ook wat langer. Het volgende, en laatste, dat op het menu staat is het Livierenbos of het Bois de La Louvière. Dat betekent inderdaad dat deze GR, de wandelronde van Vlaanderen, flirt met de taalgrens. Het ligt in de Pays de Collines, de Waalse broer van de Vlaamse Ardennen. De naam geeft al aan dat het vroeger een bos was waar menig wolf te vinden was.

Het is een lang bospad, maar kaarsrecht en op de zonnige novemberdag is er heel wat volk op de baan. Aan het einde van het bos vinden we nog een picknickbankje waar we ons te goed doen aan wat appelcake. Daarna wandelen we Flobecq binnen, waar we opgepikt worden. Het was een relatief lange wandeldag op de GR, maar het verschil met de vorige, vooral dankzij de verandering in het landschap, was fijn. Het toont meteen dat deze GR5A een enorm gevarieerde wandelroute is.

GR5A.3 Zandbergen – Geraardsbergen (13,4 km)

Ons land kent heel wat GR’s. En blijkbaar kunnen we zelfs claimen de langste luswandeling van Europa op ons grondgebied te hebben. De GR5 A (de link met de GR5 is mij een raadsel) is ook gekend als de wandelronde van Vlaanderen en wandelt de grens van Oost- en West-Vlaanderen af, goed voor 582 km wandelplezier. Deze zonnige paasmaandag was perfect voor een korte etappe van station Zandbergen naar Geraardsbergen.

Een rivier en wat beekjes

Vanaf het station van Zandbergen gaat de GR opnieuw even over de Dender. De rivier, die al vanaf Dendermonde her en der opduikt, wordt ditmaal overgestoken door de Denderbrug, geen originele naam maar wel een originele brug. Eens voorbij de kerk van Zandbergen begint er een tocht door velden, veldwegen, bospaden met af en toe wat asfalt. Het merendeel is onverhard en erg aangenaam. De uitlopers van de Vlaamse Ardennen worden even opgevrolijkt door een groep die op wandel ging met enkele alpaca’s. Hierna passeren we nog een kapel en een wijk met kasten van huizen.

Het mini-boshyacintfestival

Halfweg de wandeling gaat het door het Raspaillebos, vlakbij de Bosberg. We waren al enkele keren in dit bos gaan wandelen, maar dit keer werden we getrakteerd op de paarse pracht van de bonshyacinten, aangevuld met witte bosanemonen. Terwijl het Hallerbos wat verder overrompeld worden door dagjestoeristen, was het hier relatief kalm, hoewel het natuurlijk ook een beetje minder en wat meer geconcentreerd is. Maar de hele passage doorheen het Raspaillebos is gewoon aangenaam wandelplezier.

De Muur en de Wandelronde

Uit het bos volgen we gedurende een dikke kilometer nog een pad langs akkers en velden, waarbij het vergezicht aangenamer en aangenamer wordt. Twee spannen met paarden passeren ons en even verder moeten de arme dieren alles geven om een vrij steile baan te trotseren. Wij slaan iets daarvoor naar links en gaan opnieuw tussen bos en veld.

En dan klimt het nog een keer, waarna we Geraardsbergen binnenwandelen. Daar wacht ons een stukje wielergeschiedenis. De wandelronde van Vlaanderen kan uiteraard ook niet zonder dé Muur. We maken van de gelegenheid gebruik om de Oudenbergkapel te bezoeken en daarna dalen we via een reeks kasseiwegjes en trappen naar de grote markt van Geraardsbergen. En zo komt deze korte maar mooie derde etappe op de GR5A op z’n einde.

GR5A.2 Aalst – Zandbergen (30,4 km)

Ons land kent heel wat GR’s. En blijkbaar kunnen we zelfs claimen de langste luswandeling van Europa op ons grondgebied te hebben. De GR5 A (de link met de GR5 is mij een raadsel) is ook gekend als de wandelronde van Vlaanderen en wandelt de grens van Oost- en West-Vlaanderen af, goed voor 582 km wandelplezier. Na een start in Dendermonde blijf ik op deze tweede etappe in de Denderstreek, een tocht van een goede 30 km.

Aalsterse parken en luide natuurgebieden

Deze twee etappe begint opnieuw aan het station van Aalst. Het gaat al snel naar de grote markt, met een mooi schepenhuis en dito belfort, en daarna naar twee Aalsterse parken. Het stadspark pakt uit met twee mooie vijvers. Daarna gaat het naar het iets meer natuurlijke Osbroek, een aangenaam bosgebied dat fungeert als goede introductie voor wat nog komen moet.

Het vervolg is misschien ietsje minder charmant. Vanuit het park gaat het naar een woonwijk en de stationsbuurt van Erembodegem. Een korte tocht langs het spoor brengt je al snel naar de Wellemeersen, een overstromingsgebied van de Dender met een veelzijdige fauna en flora. Het is op zich wel mooi, maar de nabijheid van de E40 enerzijds en een serieus stuk privégebied anderzijds, maakt de ervaring wat minder. Ik was ook even op iemands terrein gewandeld. Gelukkig wees deze mij beleefd op het wandelpad.

Tussen veld en verkaveling

Het middenstuk is een afwisseling van veld en verkaveling, waarbij ook in de meer ‘natuurlijke’ stukken de menselijke aanwezigheid nooit veraf is. De Dender leidt naar een graasgebied voor Galloways waar ik helaas geen Galloway bespeur en over een kort knuppelpad. Opnieuw volgt de GR de spoorweg, maar deze keer leidt het naar een eerste hoogtepuntje, de bijzondere houten spoorwegbrug in Welle.

Vanaf daar is het een afwisseling tussen de verkaveling van Welle naar een gebetonneerd pad tussen de velden en zo naar een weg langsheen een drukke steenweg. Opnieuw ietsje minder charmant. Het is nog even behelpen in een stukje Haaltert, waar een bepaalde tuin uitpakt met emoes en een gigantische kalkoen, maar daarna wordt het steeds aangenamer wandelen.

Ik passeer nog even een veld waar de tractor net zijn mest begon te spuiten, maar het motiveerde wel om er de pas in te zetten richting Lebeke en middagpauze. Dit gaat via een aangenaam bos, waar de drukte echt achter de rug is. Vervolgens voert een nieuw ogend pad tussen de velden naar enkele kapelletjes. Het is aan een van deze dat ik na een goede 18 km mij op een bankje zet en geniet van een korte middagpauze.

Een mooi slotstuk

Het laatste derde van de wandeling zorgt echter voor een mooie afsluiter, met verschillende mooie stukjes. Een weg door de velden leidt eerst naar een holle weg en vervolgens naar een veldweg dat uitmondt in een zanderig pad door de velden. Het doet wat denken aan enkele passages langsheen de Normandische GR 21, die we deze zomer bewandelde.

Ik bezoek nog even het kerkje van Nederhasselt met een eerder bijzonder interieur. Dan volgt een mooi stuk langs de Beverbeek, waar het heel even wat modderig dreigt te worden. De GR komt ook steeds dichter bij de eerste tekenen van de Vlaamse Ardennen en Geraardsbergen. Dat wordt duidelijk wanneer er even een kasseiweg omhoog moet bewandeld worden. Dit laatste stuk gaat duidelijker op en neer.

Na het oversteken van een drukkere baan, gaat het richting de Beukenboomkapel. Helaas staat de beloofde bank er niet meer. De kapel is nu in privé-bezit en vermoedelijk is de bank gesneuveld voor de parkeerplaats die er is aangelegd. Ik rust nog even op een houten pallet en zet mijn tocht richting eindpunt Zandbergen verder. Daar gaat het nog naar de kerk van Voorde en ten slotte naar het station, waar ik met mijn vermoeide benen tevreden neerplant op het perron.