De Vlaamse Rand is meer dan een plek waar Vlamingen thuis zijn en de schaduw van onze hoofdstad immer aanwezig is. Het is ook een plek waar wandelaars thuis zijn, dankzij verscheidene wandelknooppuntnetwerken maar ook dankzij een eigen streekGR, de GR groene gordel. Want ondanks de onvermijdelijke verstedelijking en verkaveling, is er nog heel wat natuurpracht te vinden. Ik begon samen met een collega in april aan de eerste etappe, die niet toevallig en zeer handig in Halle begint. Door omstandigheden duurde het even om het vervolg te hervatten, maar naar aanleiding van het vervolledigen van het tweede stuk, alvast een verslag van etappe 1 en 2.
Halle – Sint-Genesius-Rode

De grote markt van Halle met basiliek
Zoals ik al zei, het is handig meegenomen dat de GR Groene Gordel in Halle begint, met name aan de trots van deze bedevaartstad, de basiliek. Onze basiliek is gekend van de Zwarte Madonna en de kannonballen die deel uitmaken van de legende. Gespeend van enig chauvinisme kan ik wel zeggen dat het een bijzonder mooie basiliek is. Maar goed, de GR dus. De weg wordt doorgaans goed aangeven aan de hand van geel-rode rechthoeken (voor de grote GR’s gebruikt men wit en rood). Maar dit eerste deel gaat door relatief gekend terrein en dus is het minder nodig om volledig af te gaan op de signalisatie.
Aanvankelijk worden we nog vergezeld van een flinke portie regen. Maar eens aan het kerkhof van Buizingen gekomen blijft de schade beperkt tot grijze, dreigende wolken. En een onaangenaam sterke wind die doorheen de dag zal toenemen. Tot de nakende storm uiteindelijk onze tocht door het bos enigszins gevaarlijk maakt en het treinverkeer danig in de war stuur. Maar daarover later meer.

Je moet niet ver gaan voor een mooi wandelpad
Van de Basiliekstraat, de hoofdstraat van Halle, gaat het via Buizingen, waar we het oude sanatorium passeren, naar het al iets groenere Beersel. Het is opvallend hoe tussen de verkavelingen door je toch passages hebt in bossen, langs holle wegen en kleine beekjes, zoals de kapittelbeek. De Zennevallei is natuurlijk van oudsher, net als het aanpalende Pajottenland, een bron van inspiratie geweest voor kunstenaars en schrijvers. Blijkbaar is het Consciencepad dat je van Halle naar Beersel volgt zelfs het oudste bewegwijzerde recreatieve wandelpad van Vlaanderen. Het dateert van 1935.

Een landschap in de Zennevallei met grijze wolken
Na een tijdje komen we aan in het centrum van Dworp, waar je via het oude gemeentehuis en de 18de eeuwse schandpaal naar een pad langs de Molenbeek gaat. Langs dit landschap waren vroeger heel wat molens te vinden. De relatieve heuvelachtigheid van dit landschap maakte dat het een interessante locatie was. Vandaag zijn er nog amper te vinden, maar het pad passeert wel aan de oude papiermolen van Herisem, goed bewaard industrieel erfgoed en een excellente keuze als je op zoek bent naar een leuke trouwlocatie.
Af en toe wordt de rust en oase doorprikt door de drukte van de 21ste eeuwse beschaving. Dan moet je bijvoorbeeld een drukke steenweg over. Maar deze momenten zijn opvallend afwezig en worden al snel gecompenseerd door authentieke hoogtepunten. Soms is dit letterlijk te nemen, zoals in het geval van de hertogelijke OLV-kerk van Alsemberg en z’n pittige trappenpartij. Even later komen we al in onze derde gemeente aan, met name de faciliteitengemeente Sint-Genesius-Rode. Hier gaan we even door het centrum van het dorpje en is het station, op zo’n 12 km, een zeer goede plek om te pauzeren.
Sint-Genesius-Rode – Groenendaal
Na een relatief lange passage over asfalt en door de bewoonde wereld kunnen we terug een aangenaam padje op en komen we niet veel later aan de vijvers van Sint-Genesius-Rode. Ik heb het wel voor waterpartijen. Een gekleurde, afgebroken mozaïek geeft het geheel iets extra melancholisch. De ligging van deze vijvers zijn ook bijzonder. In de Vlaamse Rand gaat groen en gezellig vaak gepaard met villawijken en “kasten van huizen”. Dat is in Sint-Genesius-Rode niet anders.
Wanneer we dit mooi stukje natuur verlaten komen we dan ook opnieuw in een verkaveling met gigantische, maar weinig esthetische bouwwerken. Dat is helaas onvermijdelijk wanneer je gaat wandelen in de Vlaamse Rand, waar ook uitwijkelingen met veel geld thuis zijn. Maar opnieuw zijn deze passages niet zo storend en zit je nooit langer dan een kwartier in dit type wijk.
En het laatste stuk van deze eerste etappe compenseert helemaal voor elke lelijke, uit de kluiten gewassen villa. Na nog een keer een drukke baan te kruisen, gaan we namelijk het Zönienwoud in. Het is geen ongerept bos en de wandelpaden zijn op dit gedeelte vaak geasfalteerd of toch deels verhard. Maar er hangt een bijzonder sfeer door het hierboven vermelde stormweer.
Want de wind begint zich vanaf de namiddag meer en meer te manifesteren, en daar waar dat in de gemiddelde villawijk niet zoveel uitmaakt, is dat wel anders in een bos. Doorheen de wandeling in het Zoniënwoud horen we de bomen dan ook vervaarlijk kraken. Af en toe duikelt er een tak naar beneden. Een keer is dat zelfs een redelijk uit de kluiten gewassen exemplaar dat aan onze voeten neervalt.

Something wicked this way comes
Desondanks proberen we zoveel mogelijk te genieten van de rust en schoonheid van het bos, waar, misschien door de aanwezige wind, niet al te veel volk te bespeuren valt. Ook hier wordt de liefhebber van de betere vijver getrakteerd op mooie exemplaren. De inmiddels zeer dreigende wolken op de achtergrond geven het geheel iets extra. Net als we het bos verlaten horen we een onaards klinkend maar zeer aards gekraak. Aan de overkant van de weg is een boom door de stormwind omgewaaid.
Voor de storm echt ruig wordt, naar Vlaamse normen weliswaar, komen we opnieuw in de bewoonde wereld aan, waar we schuilen in het station van Groenendaal. Op het perron van het station klappert het dak naar boven en onder, maar het is toch nog voldoende goed bevestigd en het blijft bij wat gebonk. We geraken nog wel van Groenendaal naar Brussel-Zuid, maar daar zijn alle treinen door het stormweer afgelast. De bus is gelukkig een goed alternatief, en zo eindigt onze eerste wandeldag, van Halle, doorheen het groene Beersel en Rode en zo naar het Zoniënwoud, met een rit door het minst aantrekkelijke van Anderlecht en Sint-Pieters-Leeuw.

Eindhalte: Groenendaal