Etappe 7: Sleen – Coevorden (21 km)

Deze ochtend geen ontbijt maar wel 2 koffiekoeken (voorverpakt) uit de Albert Heijn (sorry voor de product placement). Om 9 uur namen we de bus naar Sleen. De buschauffeur dacht dat ik naar Zweden wilde. Om maar te zeggen dat een gedeelde taal geen garantie is op vlotte communicatie. Om kwart na 9 konden we dus starten aan de derde etappe, de eerste met mijn compagnon.

Slenteren langs het kanaal

Vandaag zou het een dag zijn met een wat monotoner karakter, met een stukje zandweg, waar we Mish, de Australische Pieterpatter die ik gisteren had ontmoet, al snel opnieuw tegenkwamen. Zij wandelde de hele dag met ons mee. Dat hielp ongetwijfeld voor alle partijen om de wat saaiere stukken te animeren. Het gesprek ging dan weer wel alle kanten uit. Van Australië, tot wandelavonturen, tot de politieke toestand van Europa en Australië, maar even goed het eurovisiesongfestival.

Twee kanalen en een hoop asfalt

Na een stuk bospad, ging het dus naar het water, meer bepaald naar de Jongbloedvaart. Een groot stuk was, zoals al gezegd, langs een zanderig pad, wat nog aangenaam wandelen was. Maar daarna volgde een stuk asfalt langs de Verlengde Hoogeveensche vaart. Er werd af en toe van kant gewisseld via een brugje. Het moest zorgen voor een klein beetje afwisseling.

Daarna passeerden we enkele plekjes, zoals Holsloot, Den Hool en Dalerveen, waar de hoop op een picknickbankje de kop werd ingedrukt en we uiteindelijk onze lunch moesten nuttigen op een stukje gras naast de weg.

Een klein beetje beterschap

Het deel daarna zou opnieuw voor een groot stuk over asfalt lopen. Al waren er wel wat opvallendheden. Zo was er een waarschuwingsbord dat alludeerde op een gevaarlijke buizerd. Gelukkig geraakten we ongedeerd aan de overkant. Verder was er nog een klein Joods kerkhof en een Plopsa Indoor center met een reuzegrote Maya de Bij.

Het laatste stuk was grotendeels onverhard, maar de zon was inmiddels zo hard aan het schijnen dat ook dat heel erg pittig was. Daar moest nog wat extra asfalt naast de Stieltjes kanaal aan toegevoegd worden. Eens in Coevorden werd het leuker. Zo arriveerden we in het park en langs een mooie watertoren. Niet veel later werden we beloond op een terras met wat verfrissend bier en bitterballen. Een half uur later begon het te regenen. Even ontsnapt dus!

Stress bij het avondeten

Het avondeten was bijzonder. Tussen twee rokende Polen en een lange wachttijd in besloot mijn smartphone om even de geest te geven. De hamburger was gigantisch waardoor een dessert niet meer aan de orde was. Misschien zaten de nacho’s, ter ere van de derde wandeldag, er nog voor iets tussen. We verbleven in Fletcher hotel Kasteel Coevorden. Helaas betekende dat geen verblijf in het kasteel zelf, maar wel in een bijgebouwd. Maar met een ruime en nette kamer hadden we niet veel te klagen.

Meer wandelingen op het Pieterpad vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/het-pieterpad/

Etappe 6: Schoonloo – Sleen (23 km)

Aangezien ik alleen in het hotel verbleef, trakteerde ik mijzelf op een ontbijtbuffet, dat deed wat het moest doen, namelijk zorgen voor een goede start. En ook ervoor zorgen dat ik genoeg at voor een goede doorstart. Uiteindelijk kon ik de bus nemen om 8u32 en om iets voor 9 stond ik aan de grote steen in het centrum van Schoonloo, mij alweer in te smeren met zonnecrème.

Een jojo-start

Vanuit Schoonloo ging het al snel opnieuw het bos in. Ik was samen vertrokken met twee oudere mannen, die in het begin op hun stappen waren teruggekeerd omdat ze het pad niet vonden, en daarbij werden geholpen door een blonde vrouw. Door hun dagrugzak (en vooral de vergelijking met mijn iets gewichtigere tegenhanger) wandelden we min of meer op hetzelfde tempo, waardoor er al eens een zogenaamde jojo werd gedaan. Wanneer ik de twee metgezellen passeerden, maar even later even moest stoppen om bv. mijn fleece uit te doen, werd ik ingehaald. Het zou even duren voor ze definitief uit beeld verdwenen.

Werklozen maken het moeilijk

Het grootste stuk ging opnieuw door een bos. Dit deel in de boswachterij van Schoonloo werd in de jaren 20 opnieuw onder handen genomen. De heide werd omgespit en er werden bomen geplant. Wat iets minder aangenaam was, was het feit dat men toen ook het bospad verharde met veldkeien (zogenaamde flinten). Het was ongetwijfeld een nobel initiatief, maar voor de wandelaar zijn de kasseien wat minder aangenaam. Zoals een renner tijdens Parijs-Roubaix, besloot ik het grootste stuk op de dunne aarden strook te wandelen.

Vooraf waren er enkele gebieden die op mijn kaartje in de gids enig potentieel hadden. Maar zowel de Tweelingen als de Meeuwenplassen waren korte stukjes waar je niet echt door het stukje natuur kon of ging. Maar er was ook een kort maar krachtig lichtpuntje, namelijk het kleine natuurgebied De Kijl, een restant hoogveen en natte heide met vennen. Er werd op voorhand gewaarschuwd voor eventuele intimiderende grazers, maar de Schotse hooglanders waren nergens te bespeuren.

Oude en nieuwe monumenten

In het tweede stuk volgde enkele ingrediënten die het geheel eigenheid gaven, naast het vele boswandelen. Dat begon met een klein maar mooi bruggetje over het Oranjekanaal. Het was een korte tussenpauze om daarna weer naar bos te gaan, meer bepaald de boswachterij Sleenerzand, wat duidelijk maakte dat ons eindpunt naderde.

Na een tijdje botste ik op een monument (een rare steen), ter ere van Bertje Jans en Toos Goorhuis-Tjalsma, de bedenkers van het Pieterpad. Maar het hoogtepunt van deze etappe lag niet op het Pieterpad zelf, maar wel op een goede 400 meter van het pad. De Papeloze Kerk is een gerestaureerd hunebed. Het was een ideale lunchplek van de dag. Even verder was er ook nog een grafheuvel. Prehistorische sensaties alom.

Ontmoeting op het asfalt

Wat nog restte was een goede 3 kilometer door het bos, met na een tijdje een oorlogsmonument voor een neergestort vliegtuig, en dan 4 kilometer asfalt naar eindbestemming Sleen. Daar geraakte ik aan de praat met de Australische Mish. Ze had op de Camino Primitivo de tip gekregen op het Pieterpad te wandelen. Dat en het feit dat ze familie in Nederland had, maakte dat ze helemaal Down Under kwam om in Nederland van noord naar zuid te wandelen. De leuke babbel zorgde ervoor dat de kilometers op het asfalt snel voorbij gingen.

Sleen en Emmen

Na de wandeling misten we net de bus. Daardoor werd een verfrissende drank genuttige op een leuk Sleens terrasje. Aan de bushalte maakte ik ook nog kennis met Josh, een ingenieur uit Wisconsin die al anderhalf jaar in Nederlande woonde. Hij deed het Pieterpad in stukjes. Het was ergens bijzonder dat deze globetrotters kozen voor het Pieterpad, al had ik natuurlijk zelf ook gekozen voor dit pad.

De bus voerde naar Emmen, waar ik een hotel vlakbij de lokale zoo Wildlands had geboekt. Het was een leuk plekje met een groot marktplein. Door het goede weer zaten de terrasjes vol. Na een snelle hap, een vegetarische wrap, pikte ik om 9 uur mijn compagnon op aan het station, waar de plaatselijke jeugd bezig was om plaatselijke jeugddingen te doen, zoals in het beste geval een kinderstep uitproberen en in het minder goede geval mij proberen te lonken om mij waarschijnlijk drugs aan de man te brengen. Daarmee eindigde ook mijn tweedaagse waarop ik op mijn eigen gezelschap was aangewezen. Het viel beter mee dan verwacht.

Meer wandelingen op het Pieterpad vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/het-pieterpad/

Etappe 5: Rolde – Schoonloo (19 km)

Treingerelateerde avonturen

Door een onvoorziene omstandigheid bij mijn reisgezel, werden de wandelplannen enigszins gewijzig. Ik zou namelijk de eerste twee (van de vijf) wandeldagen alleen afleggen. En dat betekent dus ook dat ik de relatief lange reisweg op m’n eentje moest trotseren. Daarnaast had ik, door de toen nog voorspelde regen, de twee campings ingeruild voor een iets comfortabelere hotelkamer.

De treinrit was voldoende eenduidig en op papier waren er geen obstakels te verwachten. Via de Eurostar ging het van Brussel naar Schiphol. Mijn Aziatische buurvrouw claimde voor een groot deel de buitenzijde en deed dat al slapend met haar hoofd op het uitklapbaar tafeltje, waardoor ik zonder drank en vertier zat ingesloten. In Schiphol zelf werd er dan weer veel gewandeld, maar duidelijk niet door wandelaars, zo toonde de vele tokkelende en daardoor botsende reizigers. Van hieruit ging het met de trein naar Assen.

Aan het station van Assen voltrok zich opnieuw een bijzonder tafereel. Een groep rekruten van het leger ging naar huis voor het weekend. De selectie was wel enigszins bijzonder. Ze waren allemaal nogal verslingerd aan sigaretten (de echte, zelfs niet de vape-variant). Ook was er een nogal luide jongen met blonde middenstreep die overtuigend Killing in the Name Of van Rage Against the Machine zong. Geen idee of hij de ware betekenis van de tekst kende, maar goed is anders.

Terug naar Rolde

Ook de busrit was even verwarrend. Ik kende de liefde voor het pinnen al. Maar de buslijn had nu ook een systeem waarmee je makkelijk in- en uit kon pinnen met je bankkaart i.p.v. dat je nog een ticket moest kopen. Handig! Maar mijn onwetendheid kon niet op mededogen rekenen van de nogal assertieve en korte buschauffeur.

Om 10 voor 1 kon ik dan eindelijk terug oppikken waar ik vorig jaar, samen met mijn compagnon, was gestopt. Om weliswaar meteen terug van het pad te gaan want er was al meteen zij-vertier voorzien. Vlakbij de kerk van Rolde lagen namelijk twee mooie hunebedden te wachten. Het was hier ook meteen raak voor een gesprek.

Op een bankje zat een oudere vrouw te rusten naast haar fiets. Ze vroeg of ik ook een pad ‘liep’. Ze had zelf een stuk Pieterpad gewandeld, maar was gestopt door een verouderde gids. Ook gaf ze een handige tip mee, namelijk het concept van “Vrienden op de fiets”, waar je bij gastgezinnen kon logeren. Interessant. En de hunebedden zelf waren erg knap!

Een aarzelende start

Het eerste deel voerde over een lang stuk voormalige spoorlijn. Het was leuk genoeg wandelen en het uitzicht was ook best aangenaam, hoewel eerder doorheen velden, weiden en akkers. Het werd al iets leuker in het Andersche Diep, een natuurgebied met na een tijdje een smal, kronkelend pad. In de gids werd nog een stukje avontuur beloofd via een geïmproviseerd bruggetje met touw, maar er was inmiddels al een volwaardig houten brugje over de beek gezet.

Daarna volgde een heel lang stuk door bosgebied. Af en toe deed het denken aan soortgelijke dagen op de Chemin de Stevenson, de GR 70 in de Cevennes. Dat werd nog versterkt door het feit dat er heel wat insecten waren, inclusief mugjes, die rond de eenzame wandelaar verzamelde. Bij het doodkloppen van een ervan plensde er zelfs bloed op mijn been (hopelijk dat van mij…)

Venig vertier

Gelukkig was er ook nog een bijzonder stukje, waarbij ik mogelijk een omleiding negeerde. Het Meindersveen is een heel mooi stukje natuur. Op een plek was het door de regen van de dagen ervoor en de nabijheid van veen wel heel erg zompig en modderig, maar niet genoeg om een omleiding te verantwoorden en dit stukje te missen. Al moet gezegd zijn dat ik wel even met 1 voet in de zompige bodem wegzakte.

Het daaropvolgende Grolloërveld, een stukje heide, was dan misschien een tikkeltje teleurstellend. Maar dat was zonder het laatste stuk asfalt (met nog een heel klein beetje bos) gerekend. Met enige vermoeidheid ging ik de bus op naar Assen, na een mooie eerste etappe onder een aangename lentezon.

Assen

Assen zelf is een klein stadje met een gezellig centrum, de Brink, waar Hotel De Jonge gelegen is. Omdat het al een lange dag was geweest, besloot ik naar het hotel-restaurant te gaan, waar ik voor de verandering werd gezien als niet-Nederlandstalig en in het Engels werd geholpen. Ik liet het passeren en versterkte die gedachte nog meer door een lekkere Fish & Chips te eten.

Meer wandelingen op het Pieterpad vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/het-pieterpad/