4 keer Oostkantons

Een tocht naar Malmedy is een jaarlijkse traditie. Meestal doen we dit met vrienden, maar door hun pril gezinsgeluk lukte dat dit jaar niet. Sara en ik besloten dan maar met ons tweeën te gaan. Het recept was nog steeds hetzelfde, een verblijf in de gezellige jeugdherberg van Malmedy en wandelingen in de dichte en nabije omgeving van het stadje. Voor de mensen die selectief willen lezen, hier volgt een korte samenvatting van elke wandeling:

  • Wandeling 1: Baraque Michel, door Venen en bossen
  • Wandeling 2: Sourbrodt, mistige venen en oorlogsmonumenten
  • Wandeling 3: Robertville, smalle bospaden rond kasteel Reinhardstein
  • Wandeling 4: Ternell, een kolkende rivier en een authentiek veenlandschap

Wandeling 1: Een donkere tocht vanaf de Baraque Michel

12 kilometer, groene rechthoek, start aan Baraque Michel

Onze eerste wandeling startte aan de Baraque Michel en de nabijgelegen Fischbach kapel. Deze werd in 1830 gebouwd op initiatief van een industrieel uit Malmedy en fungeerde lange tijd als baken. De eigenaars van de Baraque beloofden elke avond de lamp in de klokkentoren aan te steken, zodat men op de Venen niet zou verdwalen.

DSC09033

We hadden deze route gekozen omdat we hier natuurlijk ook zijn voor de venen en deze wandeling voert ons n eerste instantie langs de Grande Fagne. Hier is men, net zoals op heel wat andere plaatsen, bezig met het herstellen van de oorspronkelijke staat. Dat betekent hier dat men heel wat dennenbomen kapt. Het pijpestrootje, in zijn gelige vorm, domineert ook hier, waardoor het soms iets weg heeft van een planeet in Star Wars. Deze wandeling is echter geen veenwandeling pur sang en een groot deel gaat via een bos, tot je na een tijdje opnieuw de gele vlakte ziet, ditmaal de Setay Veen.

Na een korte, maar relatief modderige passage gaat het terug het bos in. Ook daar heeft de regenval ervoor gezorgd dat het pad niet altijd even vlot begaanbaar is. Na wat bochtenwerk, komen we uit aan de Ru de Polleur een pittoresk riviertje dat zich klaterend een weg door de venen baant. Eens de Pont de Beleu over, gaat het opnieuw via de venen naar de parking van de Baraque Michel, waar ons helaas geen tafeltje gegund is voor een warme chocomelk.

Wandeling 2: Door de mistige venen en langs oorlogsmonumenten

7,5 kilometer, rode rechthoek, start aan kerk van Sourbrodt

Vanaf de kerk van Sourbrodt is het even twijfelend afwachten wanneer je begint in de straten van het dorpje. De mist is die ochtend serieus aanwezig. Dat maakt de tocht door de bebouwing al wat fijner, maar de echte meerwaarde wordt duidelijk wanneer je de mistige venen betreedt. Het is haast een traditie om minstens een mistige dag te hebben en dat is dit jaar niet anders. Sommige bomen zijn versierd als kerstboom. Daarnaast zijn hier ook heel wat zaken te vinden die verwijzen naar het oorlogsverleden van de streek, zoals een monument voor gecrashte Amerikaanse piloten een een orthodox kruis als gedenkmonument voor Russische gevangen.

Na de venen volgt ook hier een stuk bos. De schoenen krijgen opnieuw een laagje modder. Ook bossen krijgen iets extra wanneer het mistig is, zeker in Malmedy, waar je een soort van Scandinavische sfeer krijgt. In deze bospassage komt er zelfs wat behendigheid bij kijken. Het knuppelpad is omringd door water en dus moet je het gelegenheidsvijvertje oversteken door een geïmproviseerde brug met omgevallen bomen. Eens het bos uit, is er nog een korte passage langs de venen van Sourbrodt. We passeren ook nog het oude station en dra is daar opnieuw, al is het zeer miniem door de mist, de kerk zichtbaar.

Wandeling 3: Smalle bospaden rond kasteel Reinhardstein

7 km, groene (oude)/blauwe (nieuwe) rechthoek, startplaats aan parking meer Robertville.

Omdat we drie dagen in Malmedy bleven i.p.v. de gebruikelijke 4, besloten we om op de tweede dag twee kleinere wandelingen te doen. Wie al eens in Malmedy heeft verbleven om te wandelen zal weten dat de Neus van Napoleon en kasteel Reinhardstein er twee vaste waarden zijn. We hebben er al via verschillende paden op en naar toe gewandeld, maar deze korte, maar mooie route via smalle bospaden en met mooie panorama’s, hadden we nog niet gedaan.

Meteen vanaf de parking ga je via een small bospad, met een mooi uitzicht op Reinhardstein, een kasteel dat nog enkele keren de revue zal passeren. Ook hier is het modderig, waardoor het her en der opletten is, gezien de relatief steile hellingsgraad naast je. Het is even klimmen tot aan de Neus van Napoleon, een rotsformatie die door de beboste hellingen uitsteken. Geen idee waar de naam vandaan komt, maar het uitzicht is mooi.

Ook deze wandeling heeft water als thema, of het nu de vele watervalletjes zijn die via de rotsen naar beneden stromen of de Warche, die je enkele keren moet oversteken, het geklater vergezelt je een groot deel van de wandeling. Vanaf de tweede oversteek aan de rivier gaat het opnieuw omhoog, waarbij je Reinhardstein dra in het vizier krijgt. Daar is voldoende ruimte voor een picknick. Het is daarna niet ver meer naar de parking, met een korte blik op het meer van Robertville.

Wandeling 4: Een kolkende rivier en een authentiek veenlandschap

21 km, rode rechthoek, maison Ternell

Op deze laatste dag besloten we voor een gevuld dagprogramma te gaan en namen we een wandeling van 21 km die start aan het natuureducatief centrum Ternell in Eupen. Het was even zoeken naar het juiste pad, maar aangezien we wisten dat we de Helle stroomopwaarts moesten volgen, konden we in principe niet missen. Het eerste deel van de wandeling volgt de rivier die wild kolkt. De hellingsgraad wordt steeds pittiger, tot we op een gegeven moment zelfs een leuning nodig hebben.

Eens naar boven geklommen verlaat je het water en zie je opnieuw de Hoge Venen. Ook hier doen ze aan ecoconservatie, waar nodig zijn er bomen gekapt en in de plaats worden berken geplant. Doordat het best een zonnige dag is, is er een mooi lichtspel in het bos, waarbij de stralen de bomen in een felgroen onthullen en dan weer schuchter komen piepen. Eens uit het bos gaat het via een nieuw stukje venen, Im Platten Ven en een grensparking tussen België en Duitsland naar de Brackvenn. We kiezen hier voor een alternatieve route zodat we in z’n volheid kunnen genieten van het mooie veenlandschap.

De Brackvenn is een mooie veenafsluiter. Een groot deel gaat via een knuppelpad, dat door de temperatuur her en der glad is. Opletten geblazen dus, zeker als je rondkijkt naar het prachtige landschap. Aan de uitgang van de Brackvenn is er een ideaal gelegen bankje voor de lunch. Daarna gaat het opnieuw door het bos en steken we de Getzbach over via een bruggetje.

Het slotstuk van deze wandelroute is nog enigszins misleidend. Een eerste deel, langs het laatste stuk veen is namelijk aangenaam wandelen op een plateau, maar daarna volgen nog een redelijk stijl stuk via glibberige stenen, een bospad waar het pad een beek is geworden en een modderpassage waardoor mijn schoen enkele keren is verdwenen met een glibberig zuiggeluid (mensen die al eens zijn weggezakt in de modder weten wat ik bedoel). Daarna is de parking terug in zicht. De cafetaria is helaas gesloten, dus er wordt ons opnieuw een warme chocomelk ontzegd.

 

Dag 1: Portalegre – Marvão

Portalegre

Op het wandelgedeelte van onze reis zouden we drie stadjes/dorpjes van de Alto Alentejo zien. Portalegre was ons startpunt. In Marvão zouden we enkele dagen blijven. Uiteraard moesten we er eerst geraken. Dat was de missie van onze eerste volwaardige wandeldag. Het weerbericht was niet echt hoopgevend. Er was een hele dag regen voorzien. Toen we uiteindelijk begonnen, bleek het in eerste instantie om miezer te gaan, maar het zou niet stoppen en soms ook harder regenen. Voor extra sfeer kregen we er ook nog een melancholisch misttapijt bij.

Portalegre – stuwmeer

De dag start in een gehucht van Portalegre, waar we via een rit van ongeveer 20 minuten door een taxi naar toe worden gevoerd. Op het kleine pleintje wordt meteen duidelijk dat het vandaag een mistige affaire zal zijn. De route gaat eerst een dikke kilometer via een asfaltbaantje omhoog. Na een tijdje moeten we naar boven een bospad tussen stenen muurtjes nemen. Hoewel het eind maart is, geeft het spel van groen en oranje een zeker herfstgevoel, zeker in combinatie met de regen en de mist.

Er wordt aardig wat geklommen aan het begin, maar het pad is zacht aan de voeten. Op de routebeschrijving die we meekregen was er een cruciaal punt dat we niet over het hoofd mochten zien. Aan een hoek van de omheining van een boerderij moesten we een pad naar boven nemen, opnieuw tussen twee muurtjes. We hadden echter twee opties en liepen al meteen verkeerd. Gelukkig konden we bij het terugkeren wel het juiste pad vinden.

De omgeving blijft nog even hetzelfde. Een zacht bospadje, met fel oranje kleuren en de kurkeiken die ons gezelschap houden. We kunnen ons ook meestal oriënteren aan de hand van de stenen muurtjes die de weiden en privégronden afbakenen. Na een tijdje komen we toch terug op een asfaltbaan en gaan we door een gehuchtje. Even volgen we een drukke(re) baan tot we aan een bepaalde elektriciteitspaal naar links moeten.

Opnieuw is het even zoeken, maar we zien wel ons doel van deze eerste fase in de verte liggen, het stuwmeer van Monte Roxo. Na een passage door het struikgewas, gaat het via een bos naar een wegje, die ons naar de brug over het stuwmeer brengt. Volgens onze beschrijving zouden we onze bestemming, Marvão, in de verte moeten kunnen zien, maar daar steekt de mist een stokje voor.

Stuwmeer – Marvão

Vanaf het stuwmeer gaat het terug omhoog via de weg, om daarna een veldweggetje, kort bospadje en lokale asfaltweg te nemen. Op deze manier passeren we in een klein gehuchtje, met slechts enkele kleine huizen. Gelukkig is er wel een bushalte waar we even kunnen schuilen en onze lunch eten. De route brengt ons nog naar twee andere plekjes. Eerst naar Olhos de Água en vervolgens naar Portagem. Tussendoor kom je nog langs een recreatieterrein en een buitenzwembad. In Portagem kan je naast een kerkje ook nog de oude brug bewonderen.
Eens in Portagem moet je na een tijdje een middeleeuws pad naar Marvão volgen. Door de regen zijn de kasseien wel wat glad, maar dat valt op zich wel mee. Het is vooral de hellingsgraad die best pittig is na een dag in verkleumde omstandigheden. Na een dik half uur kom je dan toch door de opeenvolging van poorten in Marvão, een klein omwald dorpje met witte huizen dat op bijna 900 meter op een heuvel ligt. Hoewel het een heel mooi dorpje is was er daar op de eerste dag niet veel van te merken. De heuvel was volledig omringd door dikke mist en wolken.
Estalagem de Marvão
Een fantastische hotelletje, centraal gelegen met een heel ruime kamer en een gezellige zitruimte met haardvuur. Ideaal om te lezen en je ’s avonds te verwarmen wanneer de temperatuur toch iets lager lag dan verwacht of gehoopt. We zouden hier drie dagen overnachen.
Casa do Povo
Marvão zelf heeft vier opties om iets te eten. Wij kozen tot twee maal toe voor Casa do Povo, een prijsgewijs goedkope en goede keuze. Net zoals in veel Zuiderse landen kan je in de Portugese restaurants pas terecht vanaf 7u30 of 8u. De porties zijn wel groot, maar ze zijn meestal ook meer dan welgekomen. Hier krijg je een stevige soep, een hoofdgerecht (vaak varkensvlees) en een dessert. De wijn is ook goedkoop.
Trivia
– De oude brug van Portagem wordt ook wel de Romeinse brug genoemd, maar het dateert naar alle waarschijnlijkheid uit de 16de eeuw. De verwarring komt er mogelijks door de nabijheid van de Romeinse nederzetting Ammaia.
– Een groot deel van de huizen in Marvão dateren van de 19de en de 20ste eeuw. Toch zijn deze huizen quasi exacte kopieën van de oudere exemplaren. Hier heeft de stedenbouwkundig ambtenaar duidelijk geen boodschap aan tierlantijntjes.