GR 120 dag 5: Hardelot-sur-Plage – Étaples

🥾 Terrein: Strand, duinen, bos en (helaas) ook langere stukken langs en op drukke wegen. Enkele pittige klimmetjes in de duinen en het bos.

🏰 Bezienswaardigheden:

  • Verweerde bunkers aan het strand
  • Duinreservaat tussen Saint-Cécile-Plage en Camiers
  • Baie de Canche met uitzichtpunt
  • Everzwijnmoment in het bos
  • Eindpunt Étaples met festivalvoorbereidingen

🗺️ Afstand & duur: ca. 20 km – dagetappe met afwisseling tussen strand en dijk

⛰️ Zwaartegraad: Gemiddeld – weinig technische passages, wel zwaarder door strandzand, wind, en onaangename verkeerswegen

⭐ Oordeel: 4/5

Duinsurfen

Onze laatste wandeling beloofde nog wat moois en werd uiteindelijk een best of. Het begon zoals zo vaak op de dijk en nog meer zoals gebruikelijk ging het vervolgens verder op het strand, met de zee ver weggetrokken en de bunkers in puin aan de andere kant. Na een tijdje was het de bedoeling om links de duinen in te gaan, maar dat was zonder de inmiddels gekende “verboden toegang” gerekend.

Zo kregen we dus nog wat extra kilometers strandwandelen. Gelukkig was er halfweg een tweede kansen en konden we toch nog een stukje duinen meepikken, die we moesten verlaten via een erg steil stuk. Zo hadden we ook meteen onze duinsurfskills kunnen demonstreren.

Weg van de zee

Na nog wat strand, kwamen we aan in het wat zielloze Saint-Cecile-Plage, wat wel goed was om een pauze in te lassen. Hierna was er nog een klein stukje strand en een smal pad. Dit moesten we verlaten en kwamen we de volgende kilometers terecht op een autobaan, die vrij druk was door de auto’s en mobilhomes die van en naar de nabijgelegen camping reden.

Het was dus een stukje saaier, maar hier was het nog vrij aangenaam wandelen omdat de auto’s zelf nog tegen een redelijke snelheid voorbij kwamen. In Camiers, een klein dorpje, pauzeerden we aan het plaatselijke gemeentehuis, waar een rokende medewerker en twee kinderen met beperkte voetbalskills die de mooie bloemetjes kapotvoetbalden de aandacht trokken.

Het laatste stukje natuur

Er volgde nog wat autoweg, waaronder een zeer onaangenaam stuk waarbij de auto’s wel tegen grote snelheid voorbijraasden. Het vervolg was echter een mooie beloning. Het pad klom door het bos naar het natuurreservaat Baie de Canche, waar we een mooi uitkijkpunt voorgeschoteld kregen. Na het afdalen volgde nog een stuk bos. Hier hoorden we plots het dreigende geknor van een everzwijn. Spannend, maar op kousenvoeten geraakten we toch voorbij dit punt.

Nog een kilometer later langs de wat droge baaien kwamen we aan in Étaples waar we terechtkwamen in de voorbereidingen van het driedaagse festival de la Coquille. Wij hadden echter een andere eindbestemming. Onze eerste trein bleek afgeschaft te zijn, maar tweede keer goede keer en om kwart na 5 kwamen we aan in Amiens, met z’n impressionante kathedraal en z’n bijzondere Tour Perret en z’n vele Jules Verne-themed attracties en bezienswaardigheden.

Sfeerbeelden van Amiens

Meer wandelingen op de GR 120 vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/gr-120-de-opaalkust/

GR 120 dag 2: Wissant – Wimereux

🥾 Terrein: Afwisselend duinpad, strand, klifpad (gesloten wegens erosie), velden en dorpjes. Veel navigatie-uitdagingen en omleidingen.

🏰 Bezienswaardigheden:

  • Cap Gris-Nez
  • Framezelle met klein dorpje en bunker
  • Audinghen met indrukwekkende kerk
  • Wimereux met prachtige Belle Epoque architectuur

🗺️ Afstand & duur: Gepland 23 km, door omleidingen en keuzes uiteindelijk korter gelopen; bus genomen voor laatste stuk.

⛰️ Zwaartegraad: Matig uitdagend door lastige paden en navigatie, met extra kilometers door omleidingen.

⭐ Oordeel: 3,5/5

Vandaag was er enige nervositeit en dit om twee redenen. Ten eerste voorspelde de Franse weermannen al even wat regenweer, wat op de ene website bestond uit gespreide buien en op de andere onweersbuiten. Ten tweede was het 23 km en na de eerste dag, en de soms wat wankele aanduidingen, waren we beducht voor extra kilometers. Gelukkig was het ontbijt goed en had ik in de Spar extra proviand gekocht.

Drizzle en dralen op het strand

De wandeling zelf begon met lichte miezerregen op de dijk van Wissant. Al snel klom het omhoog langs een zwaar te bewandelen duinpad. Het bood weliswaar heel mooie natuur. Na een tijdje daalden we terug af naar het strand. Hier begon de eerste verwarring. De gpx leidde ons naar een steil pad waar de begroeiing steeds denser werd en het niet zo eenvoudig begaanbaar was. Ik vond het net iets te bizar en we besloten om verder te gaan via het strand.

Maar daar was het weer niet duidelijk of het pad naar boven veel optimaler was. En dus kozen we terug voor een omweg die uiteindelijk toch meer GR bleek dan de andere opties. Een goede beslissing, maar het toonde wel de nood aan alertheid aan. Uiteindelijk bleek onze derde keuze wel de goede te zijn en alles verliep rustig tot aan de Cap Griz-Nez.

Omleiding #2

Hier moesten we niet de Cap Gris Nez op en besloten we even te stoppen voor een tussendoortje in het kleine dorpje Framezelle. Hier begon de tweede verwarring, deels door onszelf, deels door het feit dat er niet gewoon een uitleg over een omleiding bij de paal stond die naar de oude GR leidde. We gingen dus eerst richting het klifpad, een plek genaamd Danger. Nomen est omen. Door erosie bij de kliffen was dit stuk afgesloten en moesten we dus opnieuw op onze stappen terugkeren.

We keerden dan terug naar de nieuwe GR maar deze leek ons weer weg te sturen van de richting waar we naar toe moesten. We kozen eieren voor ons geld en besloten zelf in een alternatief te voorzien. Zo deden we uiteindelijk een stuk van de streek GR “Entre Cap et Baie” om zo naar het dorpje Audinghen te wandelen, dwars door de velden en langs een indrukwekkende bunker. Zo arriveerden we in het centrum, waar de opvallende kerk met ingetapete klokken al ons van in de verte had geïntrigeerd. Een ideale lunchplek.

Vroege stop

Vanaf daar was het nog 3 kilometer tot Audreselles, waar we terug op de echte GR zouden komen. Het pad ging door velden en weiden met zicht op de Cap Gris-Nez aan de ene kant en enkele dorpjes aan de andere kant. En voor ons was er de zee en een imposante kerk. Hier aangekomen restte ons de keuze om door te gaan. Het was ondertussen kwart voor 2 en we hadden nog 10 kilometer te gaan. Gezien de omstandigheden, met onder andere de vele extra kilometers, besloten we om de bus te nemen naar Wimereux.

Wimereux

Wimereux zelf was een opvallend mooi stadje met heel wat Belle Epoque architectuur dat bewaard is gebleven, ondanks de oorlog, en erg de moeite waard is. Het is een bezienswaardigheid en mensen nemen vaak her en der foto’s. Niet zo fijn voor de bewoners misschien. Eten deden we in een zogenaamde ‘Parijse brasserie’ L’Entre, waar we ons te goed deden aan een slaatje kip en zeebaars. En ik door omstandigheden twee desserts moest eten.

Meer wandelingen op de GR 120 vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/gr-120-de-opaalkust/

GR 120 dag 1: Calais – Wissant

🥾 Terrein: Strand, duinpad, promenade, klifpad langs witte kliffen, gras- en kiezelpaden, en stukjes dorp.

🏰 Bezienswaardigheden:

  • Belfort en stadhuis van Calais
  • Duinen van Fort Mahon
  • Sangatte met zicht op tunnel naar Engeland
  • Cap Blanc-Nez met uitzicht op White Cliffs of Dover
  • Witte kliffen en miniatuur Seven Sisters-achtig landschap
  • Karkassen van bunkers langs het strand
  • Gezellig dorpje Wissant

🗺️ Afstand & duur: Ca. 22 km gewandeld; dagwandeling.

⛰️ Zwaartegraad: Matig; grootste inspanning klim naar Cap Blanc-Nez, verder grotendeels vlak met zand- en kiezelpaden.

Oordeel: 4,5/5

Met de trein naar de Opaalkust

Na wat twijfels besloten we om onze kortere wandelweek in te lassen naar de opaalkust. Daar loopt de GR 120 langs de bekende kustlijn. We hadden deze reis al eens uitgewerkt en ingepland, maar toen hadden Franse stakers er een stokje voor gestoken. Door het slechte weer hadden we ook beslist om het alternatief van de wagen aan ons voorbij te laten gaan. Alles lag dus klaar en naar ons te blinken.

We namen best vroeg de trein in Halle om daarna met de TGV naar Lille Europe te razen. Een stel andere reizigers hadden plannen via reisbureau de Blauwe Vogel en waren zo belachelijk zwaar beladen dat ik enkel kon vermoeden dat ze een cruise gingen doen. Na de vlotte TGV-tocht ging het van Lille Flandre naar Calais, in een treinwagon die eerder aanvoelde als een koelkast.

Strand en duin

Calais zelf was in eerste instantie minder gezellig. Aan het station heb je wel het indrukwekkende stadhuis met het bijzondere belfort. Maar het centrum en de plaatselijke Carrefour trokken wat minder gezellige sujetten aan. Gelukkig trokken we snel richting de kust en arriveerden we een goed kwartier later aan de dijk, om aan ons stukje GR te beginnen.

Aan de kust was het aangenamer. Onze tocht begon met een lange stuk promenade en vandaar wandelde we voor het eerst het strand op, iets wat logischerwijs een constante zou zijn op deze reis. Vervolgens ging het voor het eerst een duinenpad in, nog iets wat we meermaals zouden doen. In de duinen van Fort Mahon was het pad goed begaanbaar, met een mix van zand, kiezels en gras.

Naar de Cap Blanc-Nez

Vervolgens kwam de GR terug uit op de dijk, een hele hoop oude en vaak verlaten uitziende strandhuisjes voorbijgaand. Nochtans is het uitzicht op de zee hier heel mooi, maar het moet zijn dat het niet langer het nodige comfort garandeert aan de kustgangers die vandaag de dag naar de Opaalkust trekken. Het was de voorbode van Sangatte, bekend van de tunnel richting Engeland, waar een lunch werd genuttigd op een van de bankjes met zicht op zee.

Hierna volgde het grootste stuk klimwerk dat we op onze 5 dagen tot een goed eind zouden moeten brengen. We begonnen onder de zeespiegel en moesten richting de 150 meter. Gelukkig gebeurde dat allemaal gestaag en in een mooie omgeving die tijdens het eerste stuk wat deed denken aan onze wandeling door de Clwydian Range in Wales of langs de Beara Way in Ierland. Eens langs de Noir-Mottes en Le Mont du Hubert werd het weer opnieuw meer kustig.

In de verte zagen we ondertussen de obelisk, officieel het Dover Patrol Monument steeds dichterbij komen. Via een kronkelweg bereikten we de Cap Blanc-Nez, waar er plots opmerkelijk veel volk was, te verklaren door het feit dat deze toeristische trekpleister makkelijk bereikbaar was door twee parkings. Van hieruit waren ook in de verte de white cliffs of Dover te zien.

De route hier was wat onduidelijk, wat ook misschien kwam door onze eigen GPX waarbij de maker ook de dagen daarna een bijzondere eigenzinnigheid toonde. We stonden hierdoor even te schilderen aan een hek dat met een cijferslot was afgesloten. Sara overwoog nog even over de omheining te kruipen, maar uiteindelijk vonden we toch een logischere weg.

White cliffs en spiegelend strand

Via een kiezelig pad daalden we met niet al te praktische trapjes af, tot we uiteindelijk op graspaden terechtkwamen die langs de witte kliffen klommen en daalden. Het was een miniversie van de Seven Sisters aan de zuidkust van Engeland en een heel mooi slot voor deze eerste, zeer veelzijdige dag.

Er volgde nog 3 kilometer strand tot we uiteindelijk met her en der karkassen van bunkers en op het strand kleine stroompjes die zorgde voor een spiegeleffect passeerden. Wissant zelf is een klein en gezellig dorpje. Hier verbleven we in het aangename Hotel de la Baie en aten we in een zeer authentiek restaurantje dat qua prijs zeer goed zat, maar qua kwaliteit misschien ietsje minder was.

Meer wandelingen op de GR 120 vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/gr-120-de-opaalkust/

Opaalkust en GR 120: Wat?

De opaalkust: Wat?

De opaalkust is de naam die wordt gegeven aan een deel van de Noordzeekust in Noord-Frankrijk. Het begint vlakbij de Belgische grens in Bray-Dunes en gaat tot Berck-sur-Mer. Het is een toeristische trekpleister met enkele bekende kuststeden zoals Duinkerken, Calais en Boulogne-Sur-Mer, maar ook met heel wat bunkers uit de tweede wereldoorlog en de twee befaamde Caps, de Cap Blanc-Nez en de Cap-Gris Nez.

Qua natuur is het deels typisch kustgebied, maar ondanks z’n beperkte lengte is het toch best divers, met zandstranden, kiezelstranden, duinen maar ook witte kliffen. Rond de caps gaat het richting de 150 meter, waardoor er ook wat nivellering is. De duinen zijn echter een kwetsbaar gebied. Er zijn zoals gezegd enkele grotere steden, maar ook heel wat kleinere stadjes en dorpjes en door z’n toeristisch belang zijn er ook veel accommodaties, restaurants etc.

Het was overigens de schilder Édouard Lévêque die de streek z’n naam gaf, vanwege het kleurenpalet dat hij tijdens zijn kunstige bezigheden ervaarden, die hem deden denken aan de opaal. Kunst, cultuur en recreatie gaan hand in hand. En alsof dat nog niet genoeg is, vind je er ook nog het smalste stukje Kanaal. Je kan dus, op een mooie dag, de white cliffs of Dover in de verte zien.

GR 120: Wat?

De GR 120 is een deel van het lang uitgestrekte netwerk van kustwandelingen van de E9 dat van Portugal naar de Baltische staten loopt. Het Sentier du Littoral zelf is 300 kilometer lang en gaat verder dan de opaalkust. Het vertrekt in Bray-Dunes en eindigt in Le Tréport, waar het overgaat in de GR 21, dat de Albasten Kust afwandelt en wat we zelf ook grotendeels deden in 2021.

Wij besloten hiervan een klein stukje te doen, namelijk van Calais tot in Étaples, goed voor 4 volle wandeldagen en een kortere, waardoor we ook Boulogne-Sur-Mer konden bezoeken. De hoogtemeters zijn beperkt en het wordt nergens echt technisch. Het is echter wel zo dat de bewegwijzering niet altijd even goed onderhouden wordt en door omstandigheden waren er ook veel omleidingen. Het is dus aangewezen om Topguide, GPX en wandelapp of kaart bij te hebben om af en toe te improviseren.

Door de nabijheid is het eenvoudig te bereiken via openbaar vervoer (langs Rijsel) en door de populariteit zijn er onderweg heel veel hotels, B&B’s, restaurants, winkels en openbare toiletten. Het is dus comfortabel reizen en je kan doorgaans onderweg je daglunch ergens kopen in een van de supermarkten of bakkerijen.

Wandeldag 7: Boderne – Rønne

🥾 Terrein: Afwisselend en uitdagend – duin- en bospaden met pittige hoogteverschillen, steile houten trappen, gras- en fietspaden, strandpassages en rustige bosstroken. Ook langs een luchthavenomheining en vakantiehuisjes.

🏰 Bezienswaardigheden:
• Kleine haven van Boderne, startpunt met charmante sfeer
• Rode waterval(letje), verrassend, ook al is ‘rood’ hier relatief
• Arnager, gezellig dorpje met eetgelegenheden
• Luchthaven van Bornholm
• Eindpunt in Rønne, met witte kerk en vuurtoren als iconisch decor

🗺️ Afstand & duur: Officieel 19,8 km – een stevige dagwandeling met voldoende rustmomenten.

⛰️ Zwaartegraad: Matig tot pittig door de eerste kilometers vol klimmen en dalen, gevolgd door meer gematigde stukken.

Oordeel: 3,5/5

Vandaag was het de laatste wandeldag op het kustpad. En met 19,8 officiële en 21,1 officieuze kilometers beloofde het nog een mooie afsluiter te worden. We werden wat gedwongen om een laat startuur te nemen, aangezien de eerste bus naar Boderne pas op 10u44 vertrok. Deze moest eerst nog helemaal het eiland rond.

Uitdagend afscheid

Na een wat later ontbijt en een succesvolle busrit, konden we om 11u30 aan de laatste wandeldag beginnen. Vanaf de kleine haven van Boderne begon een onverwacht pittige eerste vijf kilometer waarin het continu op en neer ging en duin- en bospadjes best grillig waren. Af en toe werden we ook op en af nogal grote, steile houten trappen gestuurd, niet zelden om een kort stukje strand te doen. Hier zagen we wel onze eerste waterval(letje), de rode, die wel niet echt rood was. Maar goed, de vorige watervallen waren volledig opgedroogd.

Na een proteïnebar besloten we door te wandelen tot Arnager. De route was gelukkig iets milder, met ook wat stukken op gras- en fietspad. De meeste hoogtemeters leken gemalen. Kort voor het dorpje was er nog een passage op het strand. In Arnager nuttigden we onze resterende lunch, al was het inmiddels half drie. Een beginnersfout.

Een behouden vlucht

We zaten hier net over de helft en moesten nog 9,2 kilometer afleggen. Een nieuw, lang graspad voerde naar de luchthaven van Bornholm, waar we toevallig een vliegtuig zagen landen. Af en toe viel onze blik op het smalle pad beneden, langs de zee, waar het pad vroeger liep, maar vervangen was door het comfortabele maar wat eentonige pad langs de omheining van de kleine luchthaven, al is er hier nog wel wat mooie heide.

Terug naar Rønne

Eens hier gepasseerd was er een al even eenzijdig stuk langs ettelijke vakantiehuisjes en door een bos, waarna zowel het strand als de haven van Rønne vanaf het pad te zien was. Het was nog een mooie laatste kilometer van de Kyststi. Zo kwamen we opnieuw op het startpunt aan, met zicht op de mooie witte kerk en vuurtoren.

Om de cirkel helemaal rond te maken verbleven we in dezelfde B&B als tijdens onze eerste keer in Rønne. Toeval wilde dat we zelfs dezelfde kamer kregen. Omdat we nogal suckers zijn voor symboliek gingen we ook opnieuw naar Café Gustav, dit keer wel niet voor een burger, maar wel voor een slaatje met zalm en pasta met scampi.

Meer wandelingen op het kustpad van Bornholm vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/kystsi-bornholm-dk/

Etappe 4: Zuidlaren – Rolde (17 km)

🥾 Terrein:
Een gevarieerde etappe met zachte bospaden, heidevelden en zandige duinen. Enkele licht glooiende stukken, vooral in de natuurgebieden. Geen technische moeilijkheden, maar de droge zandgrond en het vroege uur maken het toch pittiger dan verwacht. Een vlotte, goed beloopbare dag.

🏞️ Bezienswaardigheden:

  • Denneoord in Zuidlaren – historische psychiatrische instelling met zorgboerderij (incl. alpaca’s & wallaby’s!)
  • Schipborgse Diep – charmant beekdal met bruggetje en glooiend terrein
  • Gasterse Duinen – heidegebied met zandpaden en vrijlopende Galloways
  • Hunebed D10 – prehistorisch grafmonument met kleurrijke geschiedenis (en bijnaam)
  • Esdorp Gasteren – charmant met gezellige stop bij pannenkoekenboerderij
  • Ballooërveld – indrukwekkend, uitgestrekt heidegebied met WOII-sporen, archeologie & galgenberg
  • Eindpunt Rolde – met supermarkt voor bescheiden viering en praktische afsluiter

⏳ Afstand & duur:
Ca. 19 km – 5 à 6 uur wandelen met pauzes

⛰️ Zwaartegraad:
Licht tot matig. Zandige ondergrond en warm weer kunnen het zwaarder maken. Geen technische obstakels.

⭐ Oordeel: 4,5/5

Het comfortabele bed was welkom. Zeker omdat we op deze laatste dag heel vroeg uit de veren gingen. We moesten namelijk wel maar 19 kilometer doen, maar wel een trein halen tegen een bepaald uur. Onze voorziene reis, van Assen naar Rotterdam en van Rotterdam naar België was gewijzigd. Door werken tussen Rotterdam en Breda was de hogesnelheidstrein geen optie. En dus zou het een langere tocht met meer overstappen worden. Dan is het interessanter om goed op tijd de trein te nemen.

Vroeg op pad op een lege maag

Waar de voorbije dagen al wat hadden moeten improviseren met het ontbijt was dit op de laatste dag helemaal het geval. Over beter gezegd, oorspronkelijk viel er niet veel te improviseren. We waren al om 8 uur op de baan, maar de Albert Heijn van Zuidlaren opende pas om 9. We botsten op een plaatselijke markt, maar daar liet de marktkramer met lekker fruit weten dat ze pas twee uur later zouden opstarten.

En dus begonnen we te wandelen doorheen Zuidlaren met in ons achterhoofd dat we in het beste geval nog ergens een bankje konden vinden om het gasvuurtje boven te halen en havermout te maken. Maar dat was uiteindelijk niet nodig omdat we met veel geluk botste op de campingwinkel van Camping De Vledder, waar we bijna de hele resterende voorraad croissants plunderden, samen met wat chocomelk in brik en ontbijtkoek. Ons geluk was duidelijk gekeerd.

Daarvoor hadden we eventjes nabij de verschillende faciliteiten van de psychiatrische instelling Denneoord gewandeld. Rond de eeuwwisseling werd hier een voorziening gebouwd door de Vereeniging tot Christelijke Verzorging van Krankzinnigen en Zenuwlijders in Nederland. Naast een hoofgebouw zijn er ook vandaag nog heel wat bijgebouwen, woningen voor begeleid zelfstandig wonen en in het midden een kleine zorgboerderij met naast geitjes ook onder andere alpaca’s en zelfs walibi’s.

Diep, heide, hunebed

Op deze 4de dag is ons het mooiste op natuurvlak gegund. Eerst gaat het langs het Schipborgse diep, langs kleurrijke velden en het mooie waterloopje zelf. Niet veel later gingen we over een brug. Eventjes krijg je door het zeer bescheiden en zeer kortdurende stukje omhoog het gevoel alsof je in de Ardennen of Oostkantons zit.

Daarna deden we de Gasterse Duinen aan, een gebied van heide en stuifduinen. Het zanderige pad is omringd door kleurrijke heide. In de verte zagen we een boom met daar een paar Galloways die ons opwachtten. Gezien mijn ervaring met koeien ben ik niet zo happig op deze dieren, zeker niet als ze zo dicht op het pad staan. Maar we konden niet veel anders dan ze te passeren. En inderdaad, toen ik trachtte een foto te nemen begon een van hen alvast te briesen. De psychopaten op 4 poten deden hun bijnaam alle eer aan.

Ter compensatie kregen we nog een laatste hunebed voorgeschoteld. Het werd toegeschreven aan het trechterbekervolk en is 6,7 meter lang en 3,1 meter breed en niet meer intact. Het zou tijdens de Renaissance de bijzondere bijnaam  Duyffelskutte (vrouwelijk geslachtstdeel van de duivel) gekregen hebben en gelinkt aan mensenoffers. Vandaag is het grootste gevaar in de buurt dus bovenstaande runderen.

Een tussenstop en het hoogtepunt

Hierna volgt het nog even de mooie heidepaden om uit te komen in esdorp Gasteren waar de Pannenkoekenboerderij Brinkzicht op ons wachtte. Het was wat vroeg voor een pannenkoek, maar een koffie kon er wel in. Het gaf ons beide de mogelijkheid om ook nog eens een kleine toiletstop in te lassen en met optimale benen en blaas het laatste stuk, en mogelijks het hoogtepunt, te temmen.

Het Ballooërveld is de grootste restant woeste heide in Drenthe. Het werd gered doordat het tijdens een groot deel van de 20ste eeuw militair oefengebied was. De heide werd beschermd tegen vergrassing door kuddes schapen. Naast sporen uit de tweede wereldoorlog zijn er ook archeologische restanten en een galgenberg.

De ondergrond is zeer zanderig. Hier is het niet ijdel om te spreken over duinen. Gelukkig was de temperatuur al wat gezakt, zodat het niet nog zwaarder werd door hitte. Het ideale wandelweer maakte ook dat we enkele collega-wandelaars hadden. Een van hen had echter pech. Hoewel hij wel de intentie had om een groter stuk van het Pieterpad te wandelen, was zijn schoenzool losgekomen. Met het betere veterwerk probeerde hij dit te verhelpen, maar ideaal is anders.

Een laatste stukje zandweg door een veld (waar we werden gevraagd om maar liefst 25 meter afstand te houden van paarden en koeien!) bracht ons naar Rolde, waar we niet veel later een GR-teken naar links moesten negeren om zo in het centrum van het dorpje aan te komen. In de plaatselijke supermarkt konden we een middagmaal op de kop tikken en rustig verorberen als eindritueel van deze 4-daagse kennismaking met het Pieterpad.

Naar huis

Er restte ons nog enkel een hele hoop overstappen te beginnen met een busrit van Rolde naar station Assen. Door werken aan het spoor werd onze snelle weg via Rotterdam geannuleerd. In de plaats gingen we naar Zwolle, van daaruit naar Breda, waar we nog een pasta aten en zo, na alweer een goede zes uur onderweg in Brussel-Zuid. Door werken aan het spoor werd ik nog getrakteerd op een vreselijke busrit die even heet als oncomfortabel was. Met mooie herinneringen aan deze eerste etappes van het Pieterpad en met goesting om het vervolg te ontdekken.

Meer wandelingen op het Pieterpad vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/het-pieterpad/