Etappe 4: Delden – Rijssen

🥾 Terrein:
Zandpaden door bos en langs rivier, enkele asfaltstroken, steile hellingen en modderige passages. Wisselende ondergrond met uitdagende klimmetjes, natte weides en een veer om de Regge over te steken. Afsluitend een weinig aantrekkelijk stuk over industrieterrein.

🏰 Bezienswaardigheden:

  • Twentekanaal: uitdagende klim naar brug
  • Landgoed Het Rheins: rustplek met appel-vlierbloesemsap
  • Regge-rivier: natuurgebied met weides en grazende koeien
  • Veer over de Regge: handbediend voetveer, spannend en leuk
  • Station Almelo: overnachtingsplek in een voormalige gevangenis

Afstand & duur:
Ongeveer 24 kilometer inclusief pauzes, omleidingen en extra stuk.

⛰️ Zwaartegraad:
Uitdagend door modderige paden, koeienpassages en omleidingen. Het veer en klauterwerk aan kanaal verhogen de avontuurlijke factor.

Oordeel: 3,5/5

Een rustige start

Een wat moeilijkere nacht, misschien door het wat smalle bed, werd gecompenseerd door een goed ontbijt. Om iets na 9 vertrok ik aan het hotel. Om de drukke baan te vermijden, nam ik opnieuw de binnenweg en deed ik de laatste kilometer van gisteren opnieuw. Niet dat dat zo speciaal was, maar het was er toch wat aangenamer wandelen.

De eerste 2,5 kilometer was grotendeels gekend terrein. Het waren voornamelijk zandpaden tussen de bomen, met af en toe een beetje asfalt. Het zand was door de regen hier en daar wat zwaar geworden. Er was dus wat spanning over de passages naast de rivier die vandaag prominent aanwezig waren.

Een eerste nieuwe ingrediënt kwam er met het Twentekanaal. Het pad naar de brug was goed verstopt, waardoor ik mij naar boven hees langs een steile helling die niet het pad bleek te zijn. Het was desondanks een goede oefening in het betere wandelklimwerk.

Na dit intermezzo was het terug tijd voor wat zandpaden en kleine asfaltwegen. Hier kwam het Marskramerpad uit op een iets drukkere weg, waar een goed verdoken paadje zowaar de afdalingskwaliteiten testte. Na nog een goede kilometer passeerde het pad aan landgoed het Rheins, met rust en vertier voor elks (en voor mij een pauze met appel-vlierbloesemsap).

Wandelen langs de Regge

Hierna volgde weer een zandpad, maar de afwisseling en gevarieerdheid was nabij. Een groot deel van het resterende stuk volgde de rivier de Regge. Het was even vrezen voor natte voeten, zeker na de plensbui van gisteren. Maar dat viel heel goed mee. En de weide naast de rivier waar soms naar het pad moest gezocht worden deed denken aan de meer vrije right to roam-routes die we destijds in het Verenigd Koninkrijk bewandelden.

De grootste horde bleek uiteindelijk niet eens de modder te zijn, maar wel een stel koeien en kalfjes die de weg blokkeerden. Ik ging naar best vermogen langs de kudde heen. Het was even verschieten toen een koe zich nogal intimiderend rechtzette, maar gelukkig geraakte ik heelhuids aan de overkant.

Na deze passage was een picknickbank welgekomen. In de verte zag ik een koppel met hun kind dralen in de wei en steeds op hun stappen terugkerend. Bijna wilde ik mijn galante zelve zijn, maar gelukkig had ik op tijd door dat ze helemaal de weg niet kwijt waren maar aan het geocachen waren.

Na dit deel was er een kleine omleiding (best veelzeggend gezien de redelijk ononderhouden paden die al gepasseerd waren). Het was weer langs een zandpad. Op een brug had ik, op dag vier, een eerste gesprek met een collega-wandelaar. Hij deed het Marskramerpad niet, maar was wel positief over het traject. Dat belooft.

Verwarring en versperring

Wat later was er weer een verwarrende passage aan een brug. Het was niet duidelijk welke kant er op of onder moest gegaan worden, maar de derde keer, was de goede keer. Ik zat dan wel op het juiste pad, maar zou toch op mijn passen moeten terugkeren. Ik had op X/Twitter gezien dat iemand had gemeld dat het vlonderpad kapot was. Er was geen beterschap en ik probeerde nog wel een weg te vinden, maar het was te drassig.

Ik moest een eigen omleiding zoeken, keerde terug naar de brug en nam een stuk Reggepad. Zo omzeilde ik de hele drukke baan en ging ik via een iets minder drukke baan terug het Marskramerpad op. Daarna was het nog een twee kilometer tot aan het einde van de etappe.

Veer, voetpad en treinspoor

Ik deed er nog 300 meter van de volgende dag bij. Hier moest de rivier overgestoken worden via een voetveer, zelf te besturen via een draaiwiel. Ik had het geluk dat ik meekon met een Nederlands koppel en hun kind, waarbij de vader plichtsbewust aan het wiel draaide. Zo kon ik veilig en droog naar de overkant.

Na een reeds uitgebreide en vrij gevulde wandeling van +- 24 kilometer moest ik nog naar het station strompelen via een weinig boeiend industrieterrein. De trein ging naar Almelo waar ik verbleef in een omgebouwde voormalige gevangenis. Bijzonder! Door het latere uur (weer een wielerwedstrijd, maar dit keer de vrouwen) had ik niet veel inspiratie, maar wel veel honger en belandde weer in een pizzeria. Best lekker.

Meer wandelingen op het Marskramerpad vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/het-marskramerpad/

Etappe 3: Borne – Delden

🥾 Terrein:
Afwisselend terrein met onverharde paden, graspaden langs beken, modderige bosstukken, tunnelpassages, kleine heidevlaktes en enkele asfaltwegen. Het natte weer maakte het traject aanzienlijk zwaarder.

🏰 Bezienswaardigheden:

  • Bornse beek: schilderachtig graspad langs het water
  • Kloostergarde & Karmelietenklooster in Zenderen: rustgevende tuin en indrukwekkend klooster
  • Bokdammerveld: klein maar fraai stukje heide
  • Noordmolen in Twickel: authentieke watermolen uit 1347
  • Delden: charmant stadje met gezellige sfeer

Afstand & duur:
Ongeveer 22 kilometer, inclusief aanloop van en naar het pad en extra kilometers naar het hotel.

⛰️ Zwaartegraad:
Uitdagend, vooral door modderige omstandigheden, gladde passages en natte voeten. Technisch niet moeilijk, maar fysiek vermoeiend. Dagetappe.

Oordeel: 4/5

Een vroege en chaotische start

De wandeling van vandaag was onder de twintig kilometer, maar er waren wel extra kilometers van en naar het pad, waardoor het in totaal toch tot een tweeëntwintig kwam. Door de voorspelde onweersbuien, rond 14 uur, en het late ontbijtuur, pas vanaf 9 uur, besloot ik om voor een geïmproviseerd ontbijt uit de Albert Heijn te gaan. De man van het hotel leek enigszins verbaasd over mijn vroege check-out.

Ik moest namelijk ook nog een trein nemen. Daar zat meteen de eerste horde. De verouderde machine aanvaardde mijn bankkaart niet. De conducteur maakte er niet veel spel van. Ook bij de overstap lukte het niet. Even had ik ook nog even een schrik dat ik in het gedoe mijn reisgids was vergeten. Maar uiteindelijk was het eind goed, al goed.

Een beetje geschiedenis

Na 2,2 kilometer van Borne station naar het begin van het pad, begon ik aan de feitelijke 3de etappe, die verrassend mooi was, maar ook zeer memorabel. Langsheen heel wat onverharde paden, volgde het Marskramerpad vaak beekjes en andere waterlopen. Het eerste asfaltstuk viel echter in het water. Anders dan voorspeld begon het al snel te regenen. Gelukkig bleek het maar een snelle bui. Kort daarna ging een graspad langs de Bornse beek. Een mooi stuk.

Na de natuurpracht was het tijd voor wat geschiedenis. Zenderen is namelijk verbonden met een karmelietenklooster. Dat was eerst te merken aan de Kloostergarde, een mooie, diverse tuin, waar ook een theehuis aan verbonden is. En dan was er het klooster zelf, een impressionant gebouw.

Modder, modder en modder

Daarna begonnen de spannende stukken te komen, eerst onder een lage voetgangersbrug onder een spoorweg en naar een zeer verwilderd pad. De eerste voorgestelde omleiding bij drassig weer leek niet nodig. Een modderige passage was nog te temmen. Dat was de tweede keer iets anders. Via enkele takken kon ik nog over het eerste deel, maar dan begon het.

Het werd her en der al wat modderiger, maar ik zakte er pas echt door, toen ik onder een tunnel moest. Mijn ondiepe plas op dag 1 indachtig, ging ik ervan uit dat ook deze niet zo diep ging zijn. Dat viel echter tegen. Ik zakte er in en kon mij nog maar net rechthouden. En het ergste/vuilste moest nog komen.

De stukken met modder werden groter, maar ik was inmiddels al zo ver gevorderd dat terugkeren ook niet ideaal was. Uiteindelijk volgde er een punt dat er gras tussen de modder was in plaats van omgekeerd. En deze kleine stukjes gras waren ook niet altijd even stabiel. Er zat niet veel anders op dan er gewoon voor te gaan. Ik zakte enkele keren met de voeten in de zompige ondergrond, maar geraakte uiteindelijk wel aan het einde van dit stuk.

Een stukje heide en een authentieke molen

Het ergste was gelukkig achter de rug. Ik vond een picknickbankje om even op effen te komen en zette mij aan de laatste 4,6 kilometer. Gelukkiger waren er ook hier nog enkele hoogtepuntjes. Zo deed het Bokdammerveld, hoewel kort, enken aan de mooie heidestukjes op het Pieterpad. Iets verder pronkte de Noordmolen, roterend in volle kracht. De Noordmolen in Twickel dateert overigens van 1347!

De laatste twee kilometer waren mooi, maar boden niets speciaal of memorabel meer. Omdat ik nog lang moest wachten op de bus en het weer uiteindelijk meeviel, besloot ik om de 2,7 kilometer naar het hotel ook nog te wandelen. Ouch.

Rem-Co E-ve-ne-poel

Een zalige douche later kon ik mij neerplonzen in het hotelbed en zien hoe Remco Evenepoel geschiedenis schreef in Monmartre, vanuit het mooie en gezellige Delden. Het was fijn verblijven in Hotel Sevenster en dat gold ook voor het eten dat ik ter plaatse kon nuttigen. Tijdens het avondmaal in het hotel, waar ik een vega burger nuttigde, begon het dan toch plots te gieten. Dat beloofde voor de volgende dag.

Meer wandelingen op het Marskramerpad vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/het-marskramerpad/