Wandeldag 4: Kurort Gohrisch – Krippen

🥾 Terrein:
Afwisselende etappe met korte maar pittige klimmetjes, veel trappen en enkele technische passages met ijzeren treden, kettingen en ladders. Het eerste deel vraagt aandacht en vaste tred, zeker op de Gohrischstein. Daarna volgt een eenvoudiger bostraject met afwisselend klimmen en dalen. Tweede helft rustiger en iets vlakker, met enkele avontuurlijke passages (omgevallen bomen, smalle paadjes). Uitbreiding via lus Grote Carolaschleife voegt extra uitzichtpunten toe.

🏞️ Bezienswaardigheden:

  • Gohrischstein (448 m) – stevige klim met panorama’s en klauterstukken
  • Papstein – horecazaak op de top, panoramisch zicht
  • Liethermühle – historische molen met horecazaak
  • Krippen – charmant Elbedorp met historische link (Caspar David Friedrich)
  • Große Carolaschleife – korte extra lus met uitzicht op Königstein
  • Ferry naar Bad Schandau – ontspannen afsluiter met zicht op de Elbe

⏳ Afstand & duur:
Basisetappe: ca. 12 km
Met extra lus: ca. 16 km
Wandeltijd: 4,5 à 5,5 uur incl. pauzes en lus

⛰️ Zwaartegraad:
Matig tot stevig. Door de korte, technische klimmetjes (met kettingen en ijzeren treden) vraagt dit traject enige tredvastheid. De afstand is bescheiden, maar het terrein maakt het boeiend en afwisselend.

⭐ Oordeel: 4/5

Het stenen rijk

Onze 4de wandeldag was ook een kortere, die net onder de tien kilometer zou blijven met meer meters in dalende dan stijgende lijn (voor de verandering). Het ontbijt was lekker maar ietsje beperkter. Wat op zich niet erg was, gelet op de beperkte wandeltijd. Sara was wel het verse fruit zo gewoon dat ze onbewust het enige potje druiven meenam, in plaats van gericht te plukken.

We verlieten Gohrisch langs de velden, met uitzicht op enkele rotsformaties in de verte. Daarna ging het opnieuw het bos in, waar we niet 1 maar 2 massieven zouden temmen. Het eerste, Gohrischstein, werd door onze beschrijving als deel van het ‘stenen rijk van Gohrisch’ gedoopt. Ook werd de beklimming en afdaling gecategoriseerd als ‘voor mensen met een vaste tred’. Er ontstonden dus wat verwachtingen.

En inderdaad, na de makkelijke bosweg werden de treden wat steiler en kwam er occasioneel een laddertje aan te pas. Ook werd er een nieuwe stijlvorm geïntroduceerd, de ijzeren treden die relatief ver van mekaar in de rotswanden waren verwerkt. Deze boden waarschijnlijk nog het meeste uitdaging, al werd het nergens echt lastig of gevaarlijk.

Voor we doorgingen besloten we op de top van de rots nog eventjes een zijsprong te maken naar een panorama. En de Gohrischscheibe (448 m) was absoluut de moeite. Het vereiste ook enig klauterwerk, en hier was het heel even klimmen en dalen met hulp van een ijzeren ketting. Maar dit panorama zorgde wel voor de nodige added value.

Ook de afdaling bleek best entertainend. Het ging opnieuw via trappen, ladders en de hierboven vermelde eenzame ijzeren treden. Ook de uit de rotsen gehouwen treden waren net dat tikkeltje meer oneffen, met meer hoogteverschil en met meer schokken op de knieën. Het was dus nog steeds geen avonturenparcours, maar je moest wel goed op de voeten letten.

Historische etablissementen

Onze volgende -stein was op dat vlak ietsje minder spectaculair. De weg naar Papstein verliep vooral via een veelheid aan trappen die je gestaag naar boven voerden. De top zelf bestond uit een drankgelegenheid (met enige historie) en een panorama dat we elders net ietsje indrukwekkender zagen. Op het plateau dacht ik opnieuw animo te vinden via een zij-uitstap, maar het pad naar de Große Hunskirche was net ietsje te verwilderd om tussendoor te doen. En dus was het vrij eenvoudig dalen, tot we uit het bos kwamen waar we werden opgewacht door damherten.

Vervolgens kwamen we op een pad met naast ons, voor de variatie, een weide. Het bracht ons een beetje later in het kleine dorpje Kleinhennersdorf, een plekje met vooral her en der gespreide huizen. Daarna ging het terug het bos in, langs iemands tuin. Het was waarschijnlijk verkocht als een lokale buurtweg, maar de eigenaars lieten weten dat de wandelaar op eigen risico de tuin betrad, gevolgd door een tekst waarop te lezen viel dat wandelaars zich niet mochten laten afschrikken door de waarschuwing. Duidelijk een lokaal dispuut.

We daalden af via de weg, waar ik nog een mooie witte slak met huisje kon ontwijken. Via een klein reservoirtje en een beekje ging het naar het etablissement Liethermühle, opnieuw een historische horecagelegenheid. Daarna moesten we volgens de gids nog even klimmen en dalen. Het klimmen viel mee, al moesten we ons een weg door, boven en onder een weggevallen boom manoeuvreren.  De afdaling, hoewel met treden, was ook nog een uitdaging. Zo wandelde we Krippen binnen, waar Casper Friederich tijdens de oorlog van 1813 had verbleven. Onze welgekomen lunch werd verorberd aan de Elbe.

Rondje Krippen

Omdat het nog maar half twee was en we pas om drie uur konden inchecken, besloten we om nog een vervolg te breien aan onze kortere wandeldag. We kozen voor de Große Carolaschleife (3,7 km en 1u05) dat ook voor een deeltje het Caspar Friederich-pad volgde. De lus voerde door een mooi bos met panorama’s vanop de Koningstein. Wat later werd het pad afgebogen en gingen we opnieuw richting Krippen, eindigend in mooie afdaling.

Bad Schandau

Na het inchecken namen we de ferry (al wat langer en gratis dankzij de gastenkaart) naar Bad Schandau, waar we ons aan goed vullende Saksische kost met veel kaas (varken en kip) waagden, om zo weer te varen naar Krippen, daarbij de traag voorbij glijdende Bohemia op de hielen zittend. Een leuke manier om een goed gevulde dag af te sluiten.

Het eten

Bovenstaande zware Saksische kost

Het verblijf

Hotel garni Grundmühle, een aangenaam hotel met een ruime kamer en een douche die je doet denken dat je midden Saksisch Zwitserland staat.

Meer wandelingen op de Malerweg vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/malerweg-en-saksisch-zwitserland/

Wandeldag 3: Königstein – Kurort Gohrisch

🥾 Terrein:
Een korte maar gevarieerde etappe met flink wat klimmen en dalen. Vooral de klim na Königstein en de pittige afdaling via het Nadelöhr maken het fysiek uitdagender dan de afstand doet vermoeden. Mooie bospaden, rotspassages en smalle doorgangen houden het interessant. Technische moeilijkheden zijn beperkt, maar trappen, ladders en smalle kloven vragen wel enige tredvastheid.

🏞️ Bezienswaardigheden:

  • Königstein – charmant stadje met winkels en horeca
  • Pfaffenstein-massief – imposante rotsformaties, goed bewegwijzerd wandelgebied
  • Barbarine – 42 m hoge rotsnaald, icoon van de regio
  • Panorama’s zoals Teufelskessel, Dom & Einsamer Ritter
  • Nadelöhr – spannende passage met trap en ladder
  • Pfaffendorf & Kurort Gohrisch – kuuroorddorpjes met rustige sfeer

⏳ Afstand & duur:
± 12,5 km
Wandeltijd: ca. 4 – 5 uur incl. zij-uitstap en pauzes

⛰️ Zwaartegraad:
Matig tot stevig. Technisch niet extreem, maar door het klimmen, de passages met trap en ladder en de korte maar intensieve afdalingen een fysieke dag. De beperkte afstand maakt het beheersbaar.

⭐ Oordeel: 4/5

Königstein ontdekken

Neue Schanke was de hele avond onze uitvalsbasis geweest. Het was namelijk niet mogelijk om zomaar even het dorpje zelf te verkennen. Dat moest steeds door het stukje te klimmen naar de burcht en dan flink te dalen. Op de derde wandeldag zouden we dit echter doen als deel van de route, na een ontbijt waarin de artistiek gesneden worstjes de show steelden.

Na het uitchecken moesten we dus opnieuw klimmen en daarna best pittig afdalen door een bos. Zo kwamen we aan in Königstein wat best een gezellig centrum heeft. Het maakte het extra jammer dat we aan de overkant van de heuvel hadden moeten overnachten. Maar goed, we konden hier proviand voor twee dagen inslaan en een sanitaire stop inlassen. Ik vreesde wel plots dat mijn bril was blijf liggen in ons vorig verblijf, maar terugkeren was niet echt een optie. Het was wachten op de bagage vanavond.

Opnieuw een icoon van de Malerweg

Eens uit Königstein was het meteen stijl stijgen, eerst langs een klein lokaal weggetje, daarna opnieuw via een bosweg en zo naar een bos, waar we best lang in zouden vertoeven op deze korte wandeling. Het smalle, kronkelende pad voerde langs de rotsformaties en heuveltoppen met namen als Kletterhöle en Quirlwachter, alsook een stenen drinktrog. Daarna werd het bos even verlaten om niet veel later naar het hoogtepunt van de dag te gaan, het massief van Pfaffenstein. De weg ernaar toe ging al gepaard met een toename van grillige en imposante rotsen en formaties.

En we konden ons tegoed doen aan een drieluik van natuurlijk vertier. Eerst was er de zij-uitstap naar de Barbarine, een rotsnaald van 42 meter hoog en een lokale darling. Het vergde wel wat zoekwerk maar gelukkig misten we deze parel niet. De aanhouder won in deze. De weg ernaar liep ook via een eerste smalle kloof.

Rotsen en afdaalvertier

Eens teruggekeerd hadden we twee opties. Optie 1 was een makkelijke afdaling, optie 2 gaf ons panorama maar volgens de reisgids ook een pittige afdaling. We kozen voor de volledige ervaring en dus voor het laatste. Na wat klimmen en de plaatselijke horecatrekpleister op het plateau te passeren, deden we een rondje langs de panorama’s allerhande, waaronder de Teufelskessel, de Dom en de Einsamer Ritter. Het bleek ook een goede picknickplek. Wat wel opviel waren de vele jonge ouders en zeer jonge baby’s die de tocht eveneens waagden.

Daarna restte nog de afdaling langs de zogenaamde Nadelöhr, een flessenhals waar eventjes een laddertje en een steile ijzeren trap nodig was. Ik wist er met mij met enig geschraap van de rugzak door te wurmen. De stukken daarna waren wel pittig door de hoogteverschillen van de stenen en treden, maar eerder traditioneel qua afdalingskunsten.

Een kuuroord met beperkte eetgelegenheden

We daalden verder af naar Pfaffendorf, een klein gezellig dorpje, en ten slotte naar Kurort Gohrisch, al even gezellig, ietsje groter, maar ook met veel verblijven en weinig horeca. Gelukkig verbleven we in Pension Villa Irena, waar ze zo behulpzaam waren om voor ons te reserveren. Even daarvoor hadden we ons ook gewaagd aan ons eerste (en enige) ijsje.

Uiteindelijk geraakten we zo bij Margaretehof, een gezellig restaurant dat bij het gelijknamige hotel hoort. We waagden ons aan een voorgerechtje (geitenkaaskroketjes en champignonsoep). Als hoofdgerecht namen we de lokale specialiteit, Boheemse goulash met knödelen. Het was lekker en de bediening was vriendelijk. Ik verraste onbedoeld de serveuse door per ongeluk een briefje van twintig i.p.v. vijf euro als tip te geven. Gelukkig was ze zo eerlijk om te zeggen dat dat echt wel te veel was.

Meer wandelingen op de Malerweg vind je hier: https://fromtheseatothelandbeyond.com/malerweg-en-saksisch-zwitserland/